e/nl/Opaciteit (fonologie)

Information
instance of	(noun) the branch of linguistics that deals with syntax and morphology (and sometimes also deals with semantics) grammar

Meaning
Dutch
has gloss	nld: Met fonologische opaciteit wordt het verschijnsel bedoeld dat de werking van het ene fonologische proces in de oppervlaktevorm van een woord niet zichtbaar is doordat er in dezelfde context nog een ander fonologisch proces plaatsvindt. Dergelijke processen worden opaak genoemd. Fonologische opaciteit is een direct gevolg van een tegenvoedende of tegenbloedende volgorde van regels. Het verschijnsel speelt met name een belangrijke rol in de Optimaliteitstheorie.
lexicalization	nld: opaciteit